20/9 Ningaloo Reef

20 september 2018 - Exmouth, Australië

Vandaag mogen we weer wat langer soezen.

Ondanks het zeer goede bed, heb ik bijna geen oog dichtgedaan. Niet bevorderlijk voor een goed humeur.

We trekken richting ontbijt. Ook dat is rijkelijk en lekker. Altijd plezant als je buiten kan ontbijten. Geen wespen of bijen rond je bord maar hier zijn wel andere kapers op de kust: meeuwen! Je kan je bord geen halve seconde alleen laten of ze zijn er mee weg. Gelukkig laten ze ons met rust als we aan tafel zitten.

Na het ontbijt trekken we richting centrum Exmouth. 

Het valt op hoe recent alles hier is. 

Exmouth is ontstaan doordat het leger hier in 1967 een luchtmachtbasis bouwde. Die basis is er nog altijd maar het dorp zelf kwam er pas in de jaren ‘90. Met het mooie Ningaloo Reef Marine Park aan de voor- of achterdeur is het natuurlijk ideaal als toeristische trekpleister. Maar denk maar niet dat je er op de koppen loopt. Helemaal niet! Een vakantiehuisje zouden we hier wel zien zitten.

De mannen gaan op zoek naar snorkelverhuur terwijl de vrouwen richting bank trekken. Martine wil geld wisselen maar is haar paspoort vergeten. Gevolg: no passport, no money! ‘t Zal voor morgen zijn...

We passen ons snorkelmateriaal in de surfshop. We kopen in de IGA, zeg maar de lokale Delhaize, op aanraden van de shopmanager ook nog waternoodles. Goedkoper dan in zijn eigen winkel. Vriendelijk om ons door te verwijzen! Meneer wijst de beste plaatsjes aan om te snorkelen maar waarschuwt ook voor sterke onderstromingen. Als je geen geoefend zeezwemmer bent (en dat zijn we niet) kan je maar beter voorzichtig zijn. Twee opties: Oyster Shack of Turquoise Bay. Oyster Shack is omwille van het opkomende laagtij niet echt meer haalbaar.

Gewapend met onze 4 saucissen trekken we het Cape Range NP in.

Vanuit Exmouth gaat de weg naar de top van het schiereiland waar een mooie vuurtoren staat maar die laten we voorlopig links liggen. Dat is voor de terugweg.

We rijden het NP binnen en betalen onze bijdrage. Ook hier valt dat best mee: opnieuw 13 AUD per wagen. Het Ningaloo Reef Marine Park strekt zich uit over 260 km langs de westelijke zijde van het schiereiland. Het is het grootste franjerif van de staat Western Australia. Het lijkt in veel opzichten op het Great Barrier Reef maar hier ligt het rif op vele plaatsen vlak bij het strand. Je stapt er zo in.

Langs de kust kleurt het water alle blauwtinten. Prachtig! Er zijn tientallen baaien maar op aanraden van de winkelier trekken we dus naar Turquoise Bay. De baai doet haar naam alle eer aan. Wit fijnzandstrand en juist ja, turkoise water. 

Er zit amper volk op het strand; een mooi plaatsje vinden is geen probleem.

En dan de oceaan in of poging tot de oceaan ingaan. Martine stapt met haar zwemvliezen al aan richting water. Geen goed idee. Ze probeert het achterwaarts, iets beter maar het strand helt snel af en hopla op de rug. Ze zakt weg met de poep in het zeer zachte zand. Ze probeert recht te krabbelen maar wordt door de golven telkens teruggeslagen. Ik probeer haar overeind te krijgen. Elegant kan je het moeilijk noemen. Ik moest er eigenlijk een filmpje van gemaakt hebben. Vanop het strand kijken ze lachend toe op het spektakel. Een ander koppel komt ons aanmoedigen: no worries, we have trouble too to enter the water. Tja, in Aussieland zijn er nooit ‘worries’. Toch daarvoor niet.

Ik hanteer een andere techniek. Een stukje het water in, op de poep en dan pas de zwemvliezen aan. Dat werkt veel beter... of het eleganter is, laten we in het midden.

Het rif ligt echt vlakbij maar er zit weinig kleur in. We zien wel vele kleurrijke vissen. Martine en Bernard geven het snorkelen al vrij vlug op.

Na een versnapering en drankje hebben we nieuwe energie. Stephan en ik gaan weer het water in. Onze compagnons houden het voor bekeken en maken een strandwandeling. Ik ben toch wel zo stom geweest om mijn watercamera niet op te laden, zeker! Martine heeft hem wel mee en ik probeer met haar toestel plaatjes te schieten. Niet evident: een toestel dat je niet kent en vissen die natuurlijk ook niet voor de camera poseren. 

We dobberen veel langer in het water dan gedacht. Op een bepaald moment raken we met onze buik bijna het rif aan als gevolg van het laagtij. Het is niet de bedoeling het rif schade aan te brengen. 

We geraken ondanks het zeer mooie weer en ‘warme’ water toch een beetje onderkoeld. Een wetsuit zou hier van pas komen. Met den bibber komen we uit het water en trekken rap de kleren aan. Het strand is ondertussen al bijna helemaal leeg.

Half gepekeld vatten we de terugtocht aan. We stoppen nog aan enkele andere baaitjes uit curiositeit. Ze zijn toch iets minder fraai dan Turquoise Bay. Goed gekozen!

Wat het rif betreft: misschien hadden we voor het snorkelen toch beter een boot genomen zodat we dieper in de oceaan konden gaan. Volgens Johan en Bo die in Australië wonen, is het rif hier minstens even mooi als het GBR. Die indruk hadden we zeker niet. You can’t have it all! 

In het hotel hebben ze ons aangeraden om tegen zonsondergang aan de vuurtoren te zijn: “Vlamingh Lighthouse”. Die kreeg zijn naam door de Nederlander, Willem de Vlamingh, die hier in 1696 aan land kwam. 

In de verte zien we nu en dan een bultrugwalvis (humpbacks) spuiten. Het zou hier moeten krioelen van de walvissen maar bon, wat is krioelen. Het is wel een populaire plaats. De Aussies installeren zich hier met hun stoeltjes en een wijntje en genieten van de sundowner. Jaja, life is beautiful in Australia, no worries! Het is een mooie zonsondergang maar we moeten verder. De duisternis valt zeer snel in en we hebben het restaurant geboekt om 19:00. Op het laatste stuk weg kruisen enkele emoes vlak voor onze neus de weg. Het was bijna emoe steak op het menu vanavond. Gelukkig zijn ze rapper dan rap en verdwijnen in het struikgewas.

Terug in het hotel douchen we al het zout weg. Van al dat zout krijg je dorst, niet? We sluiten de dag af met een lekkere seafood platter. Ze serveren hier een combinatie van warm en koud. Daar hoort natuurlijk een passend flesje bij!

Tevreden gaan we naar de bedstee. Morgen een nieuwe dag in Paradise!